In 2015 bezocht ik de Portugese hoofdstad Lissabon tijdens een stedentrip en die stad beviel mij zo goed, dat ik mij voornam nog een keer op stedentrip naar Portugal te gaan. Mijn vriend had dit blijkbaar goed onthouden, want hij gaf mij voor mijn verjaardag twee tickets naar Porto cadeau. Lief! Tijdens het hemelvaartsweekend (2018) was het zover: drie dagen in de tweede stad van Portugal. Achteraf gezien was de timing misschien niet zo heel handig, want Porto werd tijdens dit lange weekend flink bezocht door Nederlandse toeristen. Op straat, in cafés, in de trein: er waren overal Nederlanders om ons heen! Maar goed, ik geef ze niet ongelijk. Porto is een fijne stad voor een stedentrip. Het is niet super groot en het heeft niet super veel bezienswaardigheden, en dat is juist positief. Een stad om lekker op je gemakje te ontdekken, en dat deed ik dus. Geen afvinklijstjes met hoogtepunten, maar zien wat ik tegenkwam. Dit artikel is een collectie van alles wat bij mij in de smaak viel.
1. Blauwwitte azulejos tellen
Porto staat erom bekend: de blauwwitte tegelkerken. In de stad vind je drie prachtige exemplaren. Toevalligerwijs lag ons gehuurde appartement vlakbij de mooiste tegelkerk: de Capela das Almas. Een klein kerkje op een druk kruispunt vlakbij Mercado do Bolhão. De buitenkant is bekleed met bijna 16.000 blauwwitte azulejos die samen het verhaal vertellen van de heilige Franciscus van Assisi en Catharina. De tegels zaten er niet meteen vanaf het begin op, maar zijn in 1929 toegevoegd. Een goede beslissing, want daarmee is de kerk nu een echte blikvanger.
Niet alleen kerken zijn voorzien van azulejos, ook het treinstation van Porto (Estação de São Bento) is voorzien van prachtig blauwwit tegelwerk. Dit keer niet aan de buitenkant, maar de hoofdhal binnen. Het loont om een beetje vroeg op de dag naar deze plek te komen, want het station staat genoemd in veel reisgidsen of tourprogramma’s. Dat betekent: veel toeristen.
2. Kleurrijke pandjes spotten
Porto barst van de kleur! Ieder straatje is opgebouwd uit een vrolijke collecties van kleurrijke geveltjes. Het loont dus echt de moeite om regelmatig omhoog te kijken en te zien wat je tegenkomt. Ik vond het heel fijn om in de historische wijken Ribeira en Baixa rond te dwalen. Straatjes zoals Cais da Ribeira of de steegjes naar de Dom Luis brug zijn heerlijk om op de foto te zetten. Eén en al liefde voor de kleurrijke balkonnetjes, wasjes hier en daar aan de lijn en hobbelige kasseienstraatjes.
3. Art Nouveau geveltjes
Langzaam door Porto dwalen heeft z’n voordelen. Meer tijd om te letten op de kleine details. Zo viel mij de rijkelijk gedecoreerde gevels van bepaalde winkels en cafés op. Dit is het resultaat van de Art Nouveau bouwstijl die begin twintigste eeuw erg populair was in Europa. De stijl kenmerkt zich door organische vormen, pasteltinten, symmetrie en bloemmotieven. Een aantal Art Nouveau gebouwen zijn tegenwoordig ontzettend populair geworden onder toeristen. Uren in de rij staan voor een kop koffie bij Café Majestic of een boek kopen bij Livraria Lello & Irmão is geen uitzondering. Ik had daar absoluut geen zin in en besloot op eigen houtje de bouwstijl te ontdekken. In de straten zelf is namelijk genoeg Art Nouveau details te vinden, gratis en voor niets! Loop een rondje over de Rua de Santa Catarina, neem een kijkje bij de winkel A Perola Do Bolhao en loop heuveltje op (of af) op de Rua de 31 de Janeiro.
4. Doe Porto eer aan: port proeven
Je kunt uiteraard Porto niet verlaten zonder de naam eer aan te doen. Ik doel op lekker een glaasje portwijn. Van tevoren dacht ik eigenlijk dat port niet zo mijn ding was. Ik dacht aan een gortdroog en sterk drankje, maar dat bleek helemaal niet waar te zijn. Port is juist lekker zoet! Mooi, want in Vila Nova de Gaia (aan de andere kant van de Douro rivier) vind je tal van porthuizen waar je het lokale drankje voor een paar euro kunt proeven. Ga voor een portproeverij, boek een rondleiding door een portkelder of trakteer jezelf op een portje op het terras met de ondergaande zon.
5. Miradouros afstruinen
Heuveltje op, heuveltje af. Porto is geen vlakke stad. De kuiten worden flink aan het werk gezet. Maar als beloning krijg je er wel prachtige uitzichtpunten voor terug. Of zoals de Portugezen het noemen: miradouros. Zicht over de oranje daken, de rivier Douro en Vila Nova da Gaia. Mijn favoriete uitkijkpunt was Miradouro do Terreiro da Sé, het plein voor de Kathedraal de Sé waar je uitkijkt op een gelaagd landschap van oranje daken. A close second was het uitzicht vanaf de Torre dos Clerigos. Trek er genoeg tijd voor uit, want de bewaking laat bezoekers in kleine groepjes naar boven gaan. Zo blijft het bovenop de toren ook nog leuk. Het uitzicht is wel fenomenaal!
6. Street art spotten
Wie mijn blog een beetje kent, weet dat ik gek ben op street art. Nu is Porto zeker niet te vergelijken met grote zus Lissabon – de hoofdstad barst van street art – maar de stad heeft zeker wat te bieden. Ik sprong bijna een gat in de lucht toen ik in Vila Nova de Gaia de ‘Halve Konijn’ tegenkwam van artiest Bordalo II, gemaakt met materiaal en afval uit de omgeving. Wat een gaaf werk, ik had nog nooit zoiets in het echt gezien! Ook aan de Portozijde van de rivier is genoeg moois te vinden. Op de bovenbrug van de Ponte Dom Luís I brug loop je tegen een schildering van een oude man aan. Verder zag ik ook een aantal mooie werken in de wijk Miragaia, een buurt in het verlengde van de Ribeira langs de Douro. Dezelfde kleurrijke huizen gebouwd tegen een opwaartse klif, maar zonder de hordes toeristen. De Portugese artiest Vhills heeft hier een ‘schildering’ gemaakt, uitgehakt in steen. Indrukwekkend!
7. Over de Ponte Dom Luís I lopen
Als laatste op dit verzamellijstje staat de bekendste brug van Porto: de Ponte Dom Luís I. Gebouwd eind negentiende eeuw door een medewerker van Gustave Eiffel. Je weet wel, de architect van de Eiffeltoren. En inderdaad, als je de constructie zo bekijkt heeft het ook iets weg van de wereldberoemde toren op z’n zij. De imposante stalen constructie verbindt de stadszijde met Vila Nova de Gaia. Aan de onderkant rijden de auto’s over de brug, aan de bovenzijde gaat de tram heen en weer. Als voetganger kun je over beide dekken lopen en ik raad je ook aan dit te doen. Aan de onderkant kun je het leven op de kade goed bekijken – het pad is wel erg nauw – en op de bovenzijde heb je prachtig uitzicht over de Douro. De bovenkant is mijn favoriet, omdat er daar iets minder verkeer is.
Meer tips:
- Ga naar het strand: heb ik zelf niet gedaan, want het was een tikkeltje aan de frisse kant. Maar dit lijkt me heerlijk als de temperatuur in de stad flink oploopt. Het strand is makkelijk te bereiken met het oude trammetje nr. 1 (richting Foz).
- Porto voor vegetariërs & veganisten: eerlijk gezegd, het was vrij lastig. Porto is een stad van de vis. Het aanbod aan vega & vegan friendly restaurants is dus niet groot. Mijn aanrader is Da Terra (lunch- en dinerbuffet, kan wel erg druk zijn) en heb je iets meer centjes te besteden: Em Carna Viva.
- Vintage shopping bij Armazem: een oud pakhuis in Miragaia dat nu gebruikt wordt door kleine antiekverkopers. Leuk om doorheen te struinen en te zien wat je tegenkomt. Je kunt hier ook een drankje drinken op het terras buiten.
Ben jij al eens in Porto geweest?